Fijn of met pijn?

Het begon in de vijfde klas van de -toen nog lagere- school. Na schooltijd kreeg ik Franse les. ‘’Papa fume une pipe’’ was een van de eerste zinnetjes die ik me herinner. Dat leek me wel wat om in praktijk te gaan brengen. Ho, ho…  ik was nog maar elf, dus ik moest nog wel even wachten. Zo vroeg als ze tegenwoordig zijn, waren wij nog niet. Maar op mijn veertiende, op de fiets naar mijn vakantiebaantje bij De Gruyter –en weer terug naar huis- kwam de eerste pijp tussen mijn lippen. Met ‘Heerenbaai-tabak’;

als je dan start, dan maar meteen in stijl. Pijproken deed ik tot mijn 51^e: op dat moment kreeg de gezondheid de overhand op ‘het genieten’. Pijproken was een heerlijke ontspanning tijdens bijvoorbeeld het maken van huiswerk, want dat begon zo’n beetje gelijktijdig met mijn Franse lessen. Net als voor de meeste kinderen doet huiswerk maken soms pijn, maar vaak ook is het fijn. Bij mij had dat laatste de overhand: je leerde er van. Niet alleen inhoudelijk, maar je leerde ook een planning maken.
Na mijn kweekschool-opleiding stopte het eigenlijke huiswerk maken, maar daarna kwam de periode van het huiswerk nakijken van de kinderen in mijn klas. Ook weer onder het genot van het pijproken. Ook bij de studies die ik later zelf begon, voor de lagere akte Frans, voor de studie pedagogiek MO-A, voor het leren programmeren in basic, voor het volgen van een journalistieke opleiding: de pijp was mijn onafscheidelijke kameraad bij het huiswerk.

De laatste jaren is er niet meer zo’n sprake van huiswerk. Geregeld leer ik nog wel bij –een mens is nooit te oud om te leren- maar het zijn geen studies meer. Tegenwoordig verdiep ik me bijvoorbeeld in de technieken van het ontwerpen en bijhouden van websites. Dat is hard nodig, want de site van Moustache is nog gemaakt in FrontPage, een programma van Microsoft dat al lang is achterhaald. Daar staan onze reisverslagen op, maar natuurlijk ook de resultaten van het stamboom-onderzoek. De nieuwe sites gebruiken bijvoorbeeld WordPress en ook mijn nieuwe Van-Zijl site wordt daarmee opgezet. Om ‘uit te proberen’ heb ik eerst een site voor de Castellum Singers opgezet en nu moet ik dus driftig met Van Zijl aan de slag.

Dat doe ik natuurlijk toch wel, maar dan met het uitzoeken van de familieverbanden tussen de verschillende naamdragers. Je zou dat ook kunnen zien als mijn ‘moderne huiswerk’. Vaak zelf georganiseerd, als ik weer eens in een archief op zoek was gegaan en daarna thuis de gevonden resultaten wilde uitwerken. Maar natuurlijk ook door anderen aangedragen, als zij stamboom-relaties hadden gevonden. Zo ben ik al zo’n anderhalf jaar –steeds als ‘tussendoortje’- bezig met het invoeren van de gegevens van cd-17 van het “Genealogies Instituut van Suid-Afrika”. Huiswerk dat mij –overigens met veel dank- is aangereikt door Suzette Laas Bothma.

Deze week mocht ik weer een stapeltje huiswerk ontvangen van Gijs van Rijn. Hij spit veel aktes door uit Ter Aar (Langeraar, Corteraar en Arlanderveen) en omgeving en zo komen er weer nieuwe familiebanden aan het licht. Hij schrijft: “Het lijkt er op dat ik nu ook Gijsbert Cornelisse van Zijl geb. omstr. 1705 in Aarlanderveen gekoppeld krijg.” Dat betekent dus: aan de slag, deze weken…

Heerlijk: huiswerk!