Ieder wandelt op z’n gemakkie naar Pisa |
dag 14 – zaterdag 15 juni 2019 |
Voor vandaag staat er een stadswandeling door Pisa op het programma: de stad van de Scheve Toren. Geen groepsexcursie deze keer, maar ‘zelfontdekkend leren’ hoe de stad eruit ziet. Natuurlijk gebruiken we daar de Capitoolgids weer voor als hulpmiddel. Van oorsprong was Pisa een havenstad, dankzij de delta van de rivier Arno. Door de handel van de 11e tot en met de 13e eeuw verrezen in de stad prachtige gebouwen. Onder meer op het Campo dei MIracoli: de Dom, het Baptisterium en de Campanile.
Het centrum bezoeken is eenvoudig te regelen: de stad is vanaf de camping prima te voet bereikbaar. Bij de uitgang van camping Torre Pendente ga je linksaf, even onder de treintunnel door en dan rechts aanhouden. Even later loop je door het centrum, waar je eerst allerlei kraampjes tegenkomt met toeristische “meuk”.
Het Campo dei Miracoli is imponerend
De ochtend brengen we door met heerlijk ontspannen, wat klusjes doen en genieten van een lekker kopje koffie. We lunchen nog op de camping en gaan dan even voor half drie op pad. Nog voordat we het indrukwekkende beeld krijgen van de gebouwen rond de Scheve Toren -op het Campo dei Miracoli, worden we al ondergedompeld in een toeristische markt. We zien allerlei kraampjes met souvenirs en daarbij hebben ze zowat allemaal natuurlijk zowel miniaturen van de Torre Pendente als allerlei waren met afbeeldingen daarvan. Daarnaast zien we, heel kleurrijk, flessen gevuld met zand in verschillende kleuren. Grappig om te zien, maar niet om te kopen. Althans niet door ons.
Iets verderop gaan we een poort onderdoor en dan zie je meteen waarvoor al die duizenden mensen jaarlijks komen: die beroemde toren die al jaren uit het lood staat. Maar eerst zien we links het ronde Baptisterium: de doopkapel die dateert van half 12e eeuw. Dit is nog altijd de grootste doopkapel van Italië. Deze hoort bij dat andere zeer dominant gebouw aan dit Campo dei Miracoli -het oudste deel van de stad- is natuurlijk de grote dom: de Duomo di Santa Maria Assunta.
De Scheve Toren wordt ‘door mensenhanden’ in evenwicht gehouden
Ook hier zie je natuurlijk op het gras diverse mensen die met het gebouw op de achtergrond op de foto willen. Echter: zo’n zelfde plaatje waar je met je handen of op andere creatieve wijze de scheve toren wilt behoeden voor de ondergang is natuurlijk een nog veel gewilder object. Het valt af en toe ook niet mee om de toren zelf “te schieten’’, zonder dar er al te veel mensen in beeld staan.
Wij vervolgden echter onze weg richting die beroemde toren, die zoveel mensen trekt omdat hij niet recht staat. Immers: elke toerist met ‘m hebben gezien en daarbij zijn of haar geliefde hebben vereeuwigd op de gevoelige plaat, terwijl deze een poging deed om met de handen of zelfs met de rug de toren voor omvallen te behoeden. Je zou dus kunnen zeggen: “de Scheve Toren wordt door mensenhanden in evenwicht gehouden. “De beste plek voor een eerste blik op de 12e eeuwse toren is onder de boog van de Porta Santa Maria, ook wel Porta Nuovo genoemd. Als de zon schijnt, dan is de toren vanaf deze positie verblindend wit en als het regent dan glinstert hij.
Hier, op dit Campo del Miracoli –het terrein van het veld der wonderen met het kort gemaaide gras waar je ook niet overheen mag lopen- zijn ook enkele religieuze bouwwerken te bewonderen. In deze noordwestelijke hoek van de stadsmuren staat de kathedraal, met een voorgevel in typisch Pisaans-romaanse stijl van wit marmer en versierd met mozaïeken (ingelegde stukjes glas).Er tegenover staat de Battistero -met aan de buitenkant nissen met heiligenbeelden- en de Camposancto: de begraafplaats.
We struinen door de Borgo-Stretto: een wijk met veel arcadengalerijen
Wij lopen weer verder op onze wandeling en slaan de Via Santa Maria in. Een gezellig drukke winkelstraat met terrasjes en dus ook met een heerlijk gemoedelijk Italiaans sfeertje. Daarna slaan we de Via dei Mille in en daar staat een kerk: de Chiesa di Santa Eufrasia. Daarvoor moet je wel goed opletten, want het is geen prachtig vrijstaand gebouw. Het enige dat je ziet is een toegangsdeur tot een portaaltje, maar binnen word je zeker verrast door een fraai kerkinterieur.
We gaan weer verder, richting de Piazza dei Cavalieri: een mooi plein met o.a. het Palazzo del Orologio. Dit is het gebouw met de klok, aan de noordkant van het plein en tevens een ontmoetingspunt voor studenten.
De arcades met hun winkels en café’s komen uit op het Piazza Garribaldi en de Porte di Mezza. Onderweg zie je natuurlijk allerlei borden van restaurantjes met de verschillende menu’s. Vaak hebben ze hier als extra lokkertje ook een compleet gedekte tafel staan -met natuurlijk ook een glaasje Toscaanse wijn- zodat je kunt zien hoe lekker het erf allemaal uitziet.
Pisa: een heerlijke slenterstad
Vanzelfsprekend zien we hier natuurlijk ook vele voorbeelden van Pinokkio’s, de schepping van Giuseppe. Maar we worden bijvoorbeeld ook verrast door een heel verstild steegje, met slechts één voetganger.
Zo langzamerhand -niet te snel, want Pisa is een echte slenterstad- lopen we nu wee op het Campo dei Miracoli af. Op het Piazza Arcivescovado neuzen we nog even tussen de kraampjes met souvenirs, zonder nu direct aandrang te voelen om iets aan te schaffen.
Wel laten we ons verleiden door een dame die zich heeft gespecialiseerd als levend standbeeld, maar zeker bereid is ook even in actie te komen voor een foto. Uiteraard tegen een vergoeding. Het ‘voordeel’ is dan wel dat ik er zelf ook even op mag, met Loes als fotografe.
Daarna werd het tijd om langs de Baptisterium terug te lopen naar Camping Torre Pendente, terugkijkend op een leuke en vooral interessante dag.
Op de camping was het weer gezellig druk: diverse groepjes hadden elkaars gezelschap opgezocht en genoten volop van de Italiaanse wijn en andere lekkernijen.
Intussen kijken wij ook alvast even naar morgen. Het aantal kilometers is gelukkig gering, maar er staat wel een stadsbezoek aan San Gimignano op het programma en daarvoor moet je flink de tijd inruimen.